24/8
Om half acht stond ik klaar met mijn 5 kg wegende weekendtas en goede zin. Het avontuur van de incatrail kon van start. Voordat we aan de trail kunnen beginnen bezoeken we een aantal ruïnes.
De eerste stop werd al snel gemaakt; net buiten Cusco is een mooi uitkijkpunt over de stad. Helaas was patchamama (moeder aarde) niet onze vriendin vandaag: het was bewolkt. Gelúkkig de enige bewolkte dag so far, dus we mogen eigenlijk in onze handjes knijpen.
Na het uitkijkpunt gingen we verder naar ccaccaccollo, een community die wordt gesteund door G Adventures. In deze community werd ons uitgelegd welke planten gebruikt worden om de stoffen deze prachtige kleuren te geven en hoe lang de dames en heren werken aan een strak geweven sjaal: 3 weken. (!)
Onze incatrailgids was wat verbaasd dat we al wat woorden Quechua kenden, maar helaas bleken niet al onze woorden correct in de oude taal. Zo leerden wij bijvoorbeeld ‘Yus pagarsunki’ voor ‘dank je’, terwijl dit al een Spaanse verbastering heeft; Yus staat namelijk voor Díos. Die kent u vast wel.
Dat geintje flikten de Spanjaarden wel vaker om de Inca’s te bekeren tot hun geloof. Zo gaven ze de maagd Maria een kleed in driehoekige vorm, de vorm waarin de Inca’s hun ‘god’ de berg herkenden.
We vervolgden onze toer naar de heilige vallei. Deze is heilig omdat hij zeer vruchtbaar is; door de vallei stroomt een riviertje.
Vlakbij de vallei bezochten we de ruïnes van Pisaq. Een indrukwekkend landbouwsysteem gebaseerd op de terrassentechniek (die wij kennen van de rijstvelden). Boven de velden was een bouwwerk. Dit was geen offerplaats maar een ingenieuze diepvries; hoe hoger je bent, hoe kouder het is. Hierdoor konden de geoogste gewassen maandenlang opgeslagen worden.
Aan een kant van deze heuvel lagen honderden grafholen in de berg verstopt.
Onze reis vervolgde zich langs Incalicious, een restaurant wat deze naam zeker eer aan doet, naar Ollantaytambo, de plaats vanuit waar we een dag later zouden vertrekken voor de incatrail.
In Ollantaytambo kregen we een klein voorproefje op de trail. In de oude incastad stad namelijk een enorme ruïne die we beklommen met onze trailgids.
We sloten de avond af met een lichte, maar heerlijke, salade en een warme chocolademelk (niet doen blijkbaar! Is slecht wanneer je ver moet wandelen).
Peruaanse gids Rudy had van zijn eerdere groepen wat dingen geleerd over producten en namen die in het Engels een wat andere betekenis hebben; zo heten de wijze mensen in Peru ‘wanka’s’, drinken ze Anis thee en eten ze ‘Fanny tuna’.